De Chartreux

 

Geschiedenis

De Chartreux (of op zijn Nederlands de Karthuizer) is waarschijnlijk één van de oudste rassen in de Europese raskatten traditie. De eerste omschrijvingen van dit ras dateren uit de 16e eeuw en de naam wordt voor het eerst in 1723 opgeschreven door de Fransman Savarry des Bruslon. Vele wetenschappelijke schrijvers (waaronder de bekende bioloog Carl Linnaeus) nemen de naam vervolgens over.

Hoewel de Chartreux al vele eeuwen wordt omschreven in boeken is de daadwerkelijke fok van de Chartreux pas rond 1923 begonnen. In dat jaar startten twee Franse zussen een fokprogramma met blauwe katten die zij vonden lijken op de in de boeken omschreven Chartreux. Onder de catterynaam “ de Guerveur” legden zij de basis voor de Chartreux zoals wij die nu kennen.

De fok van de Chartreux heeft vele moeilijke momenten gekend. Vooral de tweede wereldoorlog heeft een grote impact gehad. Na deze oorlog was het ras op sterven na dood. Om het ras te redden werden er andere rassen gebruikt om de uitgedunde populatie nieuw leven in te blazen. In deze periode ontstond een verwantschap tussen de Chartreux en de Britse Korthaar die uitmondde in een verwatering van de Chartreux identiteit. Gelukkig hebben enkele Franse enthousiastelingen (waaronder de heer Simmonet) zich ingezet om het ras haar eigen identiteit terug te geven. Iets dat goed gelukt is, want vanaf 1972 kreeg de Chartreux weer haar eigen rasstandaard. In de jaren die volgden heeft het ras zich  ontwikkeld en is de echte Chartreux weer tot bloei gekomen.

Karakter

De Chartreux is een evenwichtige kat met een vriendelijke aard. Zij zijn vrij rustig en geschikt voor bijna alle huishoudens. Kinderen e/o huisdieren vormen zelden een probleem. Chartreux zijn vrij nieuwsgierig en ze volgen hun baasjes graag als een blauwe schaduw door het huis. Opdringerig zijn zij echter zelden. Meestal zoeken ze op een kleine afstand een lekker plekje uit om alles eens rustig te bekijken. Rustig is ook een beetje het sleutelwoord. Alles wat ze doen, doen ze in hun eigen tempo en op hun eigen manier.

Rasstandaard

De Chartreux zoals we die nu kennen is een middelgrote tot grote kat met een wat grove bouw. Ondanks deze grove, maar gespierde bouw komt de Chartreux over als een sierlijke kat. Chartreux groeien langzaam en worden laat volwassen. De katers zijn duidelijk groter en forser van bouw dan de poezen. Bovendien hebben zij stevige katerwangen die hen een zeer robuust uiterlijk geven. Dit neemt niet weg dat ook de poezen “des bas-joues” oftewel stevige wangen dienen te hebben.

De kop heeft een omgekeerd trapezoïde vorm met middelgrote hooggeplaatste oren. De ogen zijn groot en mogen niet rond zijn. De buitenste ooghoek dient iets omhoog geplaatst te zijn. De goud tot koperen kleur geeft een prachtige mysterieuze uitstraling. Een uitstraling die ze de bijnaam van de lachende kat van Frankrijk heeft opgeleverd. Het lichaam is gespierd en staat op middellange poten met vrij grote voeten. De staart is middellang en dient tot tussen de schouderbladen te reiken. Hij is breed aan de basis en loopt taps toe in een afgeronde punt. De vacht is dubbel en glanzend met een wollige ondervacht. De vacht voelt hierdoor erg zacht aan. Hij mag niet dicht tegen het lichaam liggen, maar dient iets af te staan. Wat een enigszins "schubbig" effect moet hebben. De vacht staat bekend om zijn waterafstotende capaciteiten en wordt weleens vergeleken met de vacht van een otter.

Met dank aan de Chartreux werkgroep “le Chat qui rit”.


E-mailen